Kwetsbaarheid, dat is toch een zwaktebod?

In de vorige blog Ga het doen ouwe reus! kon je lezen hoe Geert z’n twijfels kon omzetten in een van de meest inspirerende meetings die Geert ooit had begeleid.

In de komende vijf blogs oppert Geert (maandelijks) een vraagstuk waar hij tegenaan loopt. Daarna volgt een stuk theorie met praktische handvatten die jou zullen helpen het teamwork in jouw organisatie te versterken.

Geerts vraagstuk: Veel mensen in mijn omgeving zeggen dat ik mij meer kwetsbaar moet opstellen. Maar kwetsbaarheid, dat is toch een zwaktebod? En ik vind mezelf al geregeld zo’n slapjanus. Mijn vraag is dus: hoe kan ik mij kwetsbaar opstellen en toch daadkrachtig overkomen?

Afwezigheid van vertrouwen

Je kwetsbaarheid tonen houdt in dat je je ware emotie zichtbaar of kenbaar kan maken. De angst dat je je daardoor weerloos voelt weerhoudt mensen er vaak van om dit te doen. Op korte termijn is het risico dat je loopt in interactie met anderen dus groot. Het lange termijn risico is dat je teamgenoten niet meer weten wat jou werkelijk bezighoudt en dat maakt het een stuk lastiger om op een gezonde manier rekening met je te kunnen houden.

Dit alles komt het vertrouwen in de interactie niet bepaald ten goede. En het belangrijkste om te weten is dat Geerts overtuiging niet klopt: Kwetsbaarheid tonen is niet hetzelfde als weerloos zijn!

Voorbeeld 1 Hoe het niet moet (onkwetsbaar en weerloos)

Je bent gefrustreerd, geïrriteerd, moe, boos, omdat je collega er een potje van maakt en de kantjes er van af loopt. De emotie loopt hoog op en je barst zowat in tranen uit. Je komt niet tot de juiste woorden en besluit dan maar het volgende te zeggen tegen de collega:

“Laat me maar even Peter, het wordt me allemaal even teveel denk ik. Ik werk echt kei- en keihard, maar kennelijk krijg ik het allemaal niet gedaan in de tijd. En er komt alweer een nieuwe deadline aan”. Er rolt een traan over je wang en de collega denkt: “Ach, zielepiet.” (en loopt rustig door).

Voorbeeld 2 Hoe het wel kan (kwetsbaar en weerbaar):

Je bent gefrustreerd, geïrriteerd, moe, boos, omdat je collega er een potje van maakt en de kantjes er van af loopt. De emotie loopt hoog op en je barst zowat in tranen uit. Je komt niet tot de juiste woorden, maar je besluit wel iets te zeggen tegen je collega:

“Peter, er moet mij even iets van het hart. Het zit me namelijk tot hier. Ik zit mij al maandenlang de pleuris te werken en jij maakt er een potje van. Dat maakt mij boos en ik wil dat je dat weet. Ik heb je nodig voor de volgende deadline, kunnen we even gaan zitten?” Er rolt een traan over je wang en de collega denkt: “Ja… nu ben ik wel écht aan zet.”(en gaat rustig zitten)

Je kwetsbaarheid tonen gaat ook over vertrouwen. Over zelfvertrouwen om nog duidelijker te zijn. Het gaat over eerlijk durven zijn naar je collega’s toe. Over fouten maken, over zwakheden toegeven, over twijfels en angsten. Maar ook over lef, openheid, elkaar durven aanspreken op gedrag. In teams die succesvol (willen) zijn, wordt dit gedrag aangemoedigd.

In teams waar een gebrek aan vertrouwen is, gebeurt dat laatste niet of nauwelijks. En dan is het iets te makkelijk om te roepen dat kwetsbaarheid een zwaktebod is. Voor welke weg kies jij?

Geert-onthult

Om vertrouwen te kweken is het nodig om te onthullen, hoe spannend dat soms ook is…

Breng tijd met elkaar door

De meest basale voorwaarde om vertrouwen te kweken is: tijd met elkaar doorbrengen. In dagelijkse of wekelijkse overleggen, op-koers-sessies, teamuitjes, etc. Weersta de verleiding om ‘tijd te besparen’ door een overleg af te zeggen. Maar zorg er wel voor dat het overleg ‘ertoe doet’. Daarvoor zijn twee ingrediënten belangrijk:

  1. Heb het EERST over interactie en emotie: Hoe zitten / staan we erbij? Hoe gaat het met iedereen? En onderling? Wat heeft ieders aandacht?
  2. Heb het VERVOLGENS pas over inhoudelijke agendapunten en procedures

Vier communicatieniveaus

In gesprekken is sprake van vier communicatieniveaus. De manier waarop (niet) gecommuniceerd wordt op deze niveaus beïnvloedt de effectiviteit van de communicatie en besluitvorming. Hieronder in het kort een beschrijving van de vier communicatieniveaus.

Inhoud
De inhoud van een gesprek is het onderwerp waar het gesprek over gaat.

  • Is het gespreksthema duidelijk toegelicht?
  • Is het onderwerp goed afgebakend?
  • Wordt er gebruik gemaakt van de aanwezige kennis en ervaring van de deelnemers? Hoe?
  • Praat iedereen over hetzelfde thema/aspect van het onderwerp?

Procedure
De procedure geeft de manier aan waarop er over de inhoud geleerd wordt.

  • Is het doel van het gesprek helder?
  • Is afgesproken hoe besluiten worden genomen?
  • Zijn er duidelijke tijdafspraken?
  • Hoe wordt hiermee omgegaan?

Interactie
Het interactieniveau gaat over de communicatie tussen gesprekspartners. Hoe gaat men met elkaar om? Wie heeft invloed en wie niet?

  • Komt iedereen aan bod? Waardoor wel of niet?
  • Wordt de feedback gegeven volgens de feedbackregels?
  • Wie haakt er af? Wanneer? Wat gebeurt er op dat moment?

Emotie
Wat er gebeurt op inhoud, procedure en interactieniveau roept allerlei emoties op. Gevoelens van blijdschap, tevredenheid, openheid, maar ook van teleurstelling, frustratie, boosheid, eenzaamheid of verdriet.

  • Wie zegt iets over hoe hij zich voelt? Hoe?
  • Wie vraagt naar hoe anderen erbij zitten of zich voelen?
  • Wie toont begrip voor hoe anderen zich voelen?

Wil je de GRATIS WHITEPAPER ‘Dé vijf frustraties van teamwork in je mailbox ontvangen? Vul dan onderstaand je gegevens in.

Heb je een vraag, opmerking of behoefte aan succesvol teamwork? Stuur dan een mail naar selmar@doorpakbv.nl